Beste lezer
Ik had ook kunnen schrijven ‘beste schrijver’, want vaak ben jij de schrijver. Maar nu even niet. Ik schrijf en jij leest. Want om de één of andere reden ben jij mijn tekst beginnen lezen.
Maar straks ga jíj weer schrijven. Hoe zorg je ervoor dat jouw doelgroep jouw tekst leest? Dat jouw tekst jouw lezer bereikt? Dat gaat het best wanneer je je lezer aanspreekt. Letterlijk en figuurlijk. En dat heeft een paar gevolgen voor je tekst.
Wil jij straks het licht uitdoen?
Wacht, ik leg je eerst even een vraag voor. Je zit met een groep mensen in een lokaal, laten we zeggen voor een vergadering. Je vraagt: “Willen jullie straks het licht uitdoen?” Of je zit met diezelfde groep in hetzelfde lokaal. En je vraagt: “Ernest, wil jij straks het licht uitdoen?”
Wanneer is de kans het grootst dat het licht uit is? Inderdaad.
Spreek dus je lezer aan in het enkelvoud. Maak van je tekst een dialoog. Gaat de dialoog tussen jou persoonlijk en je lezer? Gebruik dan ‘ik’ en ‘jij’ of ‘u’. Tussen jouw organisatie en je lezer? Schrijf dan ‘wij’ en ‘jij’ of ‘u’. Jouw lezer krijgt zo de indruk dat je tekst voor hem of haar geschreven is.
Beste liefhebber van duidelijke teksten
Noem je lezer ook zo persoonlijk mogelijk in je aanspreking. Enkel ‘beste’ of ‘geachte’ wordt in één klap verleden tijd. Ken je de naam van je lezer? Zeg dan ‘beste mevrouw Bellens’ of ‘beste Carine’. Ken je de naam niet? Spreek je lezer dan aan in zijn of haar rol. Zo kom je uit bij ‘beste lezer’, ‘beste voetballiefhebber’, ‘beste ouder’.
Het is in je eigen voordeel om deze tekst te lezen
Maar het gaat verder dan letterlijk aanspreken. Je schrijft je tekst het best vanuit je lezer, niet vanuit jezelf of je organisatie. Dat klinkt logisch. En toch. Kijk eens even naar deze tekst. De tekst zelf heb ik verborgen, het gaat over de tussentitels.
En kijk eens naar deze tussentitels.
De eerste tekst is geschreven vanuit de organisatie. Met de beste bedoelingen, om de lezer te informeren. Het uitgangspunt is: zo zijn wij georganiseerd, en die informatie geven we aan jou. Vriendelijk en behulpzaam.
Maar de tweede tekst is geschreven vanuit de lezer. Hier is de insteek: jij hebt ons nodig in drie situaties en dat pakken we nu zus en zo aan. Wanneer je de tweede tekst in handen krijgt en diagonaal bekijkt, voel je meteen het belang ervan. Je beseft meteen dat het in je eigen voordeel is om de tekst te lezen. Je herkent jezelf, je eigen situatie, je eigen vragen.
Ben je benieuwd hoe deze aanpak klinkt in een volledige tekst? Download hieronder de voor en na.