top of page
  • Foto van schrijverKatrien

Help, mijn collega heeft weerstand tegen duidelijke taal!

Duidelijke taal is een beest met veel namen. Helder voor jou, kleutertaal voor je collega? Wanneer ik training geef in een organisatie, merk ik dat mensen soms weerstand voelen. Ze zijn bang om Jip en Janneketaal te moeten gebruiken. Ze willen hun hoogopgeleide lezers niet schofferen. Ze willen niet dom overkomen. En weet je? Ik kan hen begrijpen. Hoog tijd om klaarheid te scheppen: wat is duidelijke taal voor Wablieft?


Welke brief?

Stel je voor: je bent communicatiemedewerker in de fictieve stad Wakkelare. Welk van deze brieven zou jij sturen?


brief 1

Beste buur

Op 21 juli is er feest.

  • Er mogen geen auto’s op de Grote Markt.

  • Er mogen geen auto’s in de Ooststraat. Dat is van 18 uur op 21 juli, tot 3 uur op 22 juli.

  • Er mogen geen auto’s in of uit Parking Centrum. Dat is van 6 uur op 21 juli, tot 3 uur op 22 juli.


Kom jij ook naar het feest?


brief 2

Beste buur


Op 21 juli is er Wakkelare Feest op de Grote Markt. Daardoor moeten we het verkeer in de buurt tijdelijk aanpassen:


  • De Grote Markt is verkeersvrij, de hele dag.

  • In de Ooststraat mogen geen auto’s rijden van 18 uur tot 3 uur ’s nachts.

  • Je kunt Parking Centrum niet in- of uitrijden tussen 6 uur ‘s ochtends en 3 uur ’s nachts.


Je bent natuurlijk erg welkom op Wakkelare Feest. Breng je familie en vrienden mee. Graag tot dan!


Eenvoudige taal

Brief 1 noemen we bij Wablieft eenvoudige taal. Dit niveau is voor sommige lezers een noodzaak. Denk aan laaggeletterde volwassenen en anderstaligen die pas Nederlands leren. Schrijf je een tekst die specifiek voor hen bedoeld is? Dan is dit een prima niveau. De kranten die wij maken bij Wablieft, zitten op dit niveau en iets hoger.


Duidelijke taal

Schrijf je voor een breed publiek? Dan gebruik je het best een ander taalniveau. Wij pleiten voor brief 2. We gebruiken voor deze teksten de term duidelijke taal. Ze zijn voor iedereen vlotter leesbaar, ongeacht welk leesniveau je hebt.


een oude man die een krant leest op straat
foto: Eduardo N. Fortes (Flickr)

En andere teksten dan?

Vegen we daarmee alle zogenaamd moeilijkere teksten van tafel? Absoluut niet. Geniet jij ervan om ‘s avonds boeken te lezen met zinnen van een halve bladzijde? Dat is jou helemaal gegund. Praat jij op het werk een taal die ik niet begrijp? Dat is logisch. Vaktaal onder collega’s is gewoon een efficiënte manier van communiceren. Maar blijf je ervan bewust dat jouw lezer, jouw patiënt, jouw cliënt wellicht niet mee is.


Drie tips

Ik sluit graag af met een tip. En ach, ik ben met het goede been uit bed gestapt vandaag, je krijgt er drie.

  • Maar ook: tekstniveaus zijn niet heilig. Je mag nog de perfect duidelijke tekst schrijven, je staat nergens als jouw lezers hem niet begrijpen. Kan je een testpanel samenstellen van jouw doelgroep? Een paar mensen waaraan je af en toe een tekst kan voorleggen? Dat is van onschatbare waarde.

  • En hoe je het ook draait of keert: sommige mensen zijn zéér laag geletterd. Ik kreeg ooit de vraag om een tekst te schrijven voor analfabete anderstaligen die op de wachtlijst staan voor de eerste module Nederlands. Met andere woorden: die nog geen enkele les Nederlands gekregen hebben. Jammer maar helaas, dat kan niet. Eender welke brief is voor hen te hoog gegrepen. Bij deze mensen ben je aangewezen op een tolk, of op je eigen handen en voeten bij een huisbezoek. Foto’s kunnen in dat geval je uitleg ondersteunen. Maar trap met al je goede bedoelingen niet in de val van de pictogrammen.


PS: Voor mensen die vertrouwd zijn met het Europees Referentiekader voor Talen (ERK):

  • tekst 1 zit op niveau A

  • tekst 2 zit op niveau B

772 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page